Als je 30ppm CO2 wilt hebben is daar een bepaalde injectiesnelheid voor nodig. We moeten niet vergeten dat hoe groter de bak des te groter het CO2-verlies door een groter oppervlak, dus een grotere bak vereist een hogere injectiesnelheid om zowel CO2 in een groter volume water te krijgen als om grotere verliezen als gevolg van groter oppervlak. Een groot gedeelte van de CO2 die u injecteert, ontsnapt, mogelijk 80-90%.
Wat je probeert te bereiken is dat bij het aanzetten van de CO2-injectiesnelheid het CO2-verliespercentage gelijk is, op dit moment het water verzadigd is. En dat moment moet samenvallen als de lichten aangaan.
Je kunt sneller injecteren voor een kleinere bak, als je dat zou willen, om bijvoorbeeld 30 ppm sneller te bereiken in bijvoorbeeld 1 uur, maar je moet ook een groter verliespercentage hebben, anders zal de ppm van meer dan 30 ppm snel oplopen naar onnodige en zelfs soms gevaarlijke waarden. Die pH drop is, zoals hierboven al aangegeven, van veel factoren afhankelijk, maar in de praktijk blijkt dat je daar gemiddeld 2 uur voor nodig hebt. Als je een pH drop in 1 uur weet te realiseren voeg je in de praktijk teveel CO2 toe. Als je nog geen pH drop hebt kunnen bereiken na 2 uur dan voeg je dus te weinig toe.
Maar in de praktijk komen we bij het volgende obstakel:
we moeten zorgen dat we niet teveel CO2 gaan toevoegen. Als op het moment dat de lichten aangaan de CO2 op het juiste niveau zit dan is dat prima. Maar als na een uur blijkt dat je op een ppm van 40 bent aangekomen is dat beduidend teveel. Dit probleem lossen we op door òf het aantal bellen per minuut te verminderen en/of de oppervlakte rimpeling te vergroten zodat de CO2 word afgevlakt op die 30ppm. Daarbij is een schoon wateroppervlak natuurlijk erg belangrijk. Een kaamlaag moet je dan ook altijd zoveel mogelijk zien te voorkomen.
Een skimmer kan daarbij een uitkomst zijn, maar je moet wel rekening houden dat er meer CO2 ontsnapt wegens de verhoogde gasuitwisseling die je daarmee verkrijgt.